Tante Toetie, Tante Mekkie, Tante Dé, Tante Bé en Tante Bel zijn de Indische tantes van Yvonne Keuls. Vijf eigengereide dames die met hun naar trassi stinkende hoeden in de keuken staan en die zich mateloos verbazen over de Nederlandse zeden en gewoonten. Het dagelijks leven van de tantes wordt door Yvonne Keuls met humor en liefde beschreven. We horen ze praten in hun eigen Indische tongval. Yvonne Keuls beschrijft en vertelt met een mengeling van liefde en verwondering hun levens in de Haagse binnenstad.